1 jaar IZA: Van papier naar praktijk
Auteur: Aard Verdaasdonk
Sinds we als huisartsen begin dit jaar alsnog op de rijdende IZA-trein stapten, zijn kleinere en grotere stappen gezet om dit akkoord dat 15 partijen sloten, te vertalen van papier naar de praktijk. Versterking van de eerstelijnszorg is een belangrijke afspraak in het IZA. Een belangrijke mijlpaal is dus dat alle partijen het eens zijn over hoe we tegen de eerste lijn aankijken, en wat daar nodig is. Dat staat in de visie op de eerste lijn. Voor ons als LHV staat ook daar steeds centraal dat de huisartsenpraktijk de basis is van een sterke en toekomstbestendige eerste lijn. Met huisartsen als praktijkhouder, met een stevig team, dicht bij hun eigen patiënten.
Om de huisartsenpraktijk dichtbij te houden, in de eigen wijk, zijn zonder twijfel investeringen nodig. Het moet anders, en dat vraagt samenwerking, middelen en tijd. Dat is de allerbelangrijkste reden dat ook de LHV partner in het IZA is. Want zulke veranderingen kunnen wij als huisartsen niet alleen realiseren. Daarvoor is bijvoorbeeld nodig dat aanpalende sectoren ruimte maken en krijgen, zodat wij onze rol als poortwachter ook daadwerkelijk kunnen invullen. En dat de beschikbare middelen -de zogeheten transformatiegelden- ook op de juiste plek terechtkomen, ook in de huisartsenzorg dus.
Ook de NVZ, de vereniging van ziekenhuizen ziet dat de eerste lijn onder grote druk staat, en dat het slagen van versterking en meer tijd voor de patiënt ook voor ziekenhuizen essentieel is. Van hun voorzitter @Ad Melkert kregen we dan ook de vraag wat wij samen kunnen doen om te zorgen dat de huisartsenzorg de laagdrempelige toegang tot de zorg blijft. Ik vraag de ziekenhuizen om gezond realisme als het aankomt op meer tijd voor de patiënt. Huisartsen krijgen vanaf dit jaar de ruimte om in hun eigen praktijk te veranderen en meer ruimte voor patiëntenzorg te creëren. Dat moet enigszins de druk verlichten op onze sector. We weten dat dit het aantal verwijzingen naar de tweede lijn vermindert; met meer tijd is er immers meer rust om de vraag achter de vraag van een patiënt te achterhalen. We moeten wel realistisch zijn. Huisartsen kunnen met deze investering hun patiëntenzorg hopelijk toegankelijk en kwalitatief op peil houden maar er is in de meeste praktijken geen ruimte om extra taken uit de ziekenhuizen over te nemen. Bijvoorbeeld nazorg, controles en diagnostiek.
Kern van het IZA is dat we het samen doen, met andere artsen en zorgverleners, met gemeenten, maar ook met zorgverzekeraars en overheid. Samenwerken is geen doel op zich natuurlijk, het moet altijd functioneel zijn en iets toevoegen. De beste voorbeelden zijn in mijn ogen de samenwerking met de specialist ouderengeneeskunde in de zorg voor thuiswonende ouderen, met de gemeente en maatschappelijk werk in de zorg voor mensen met schuldenproblematiek en met de wijkverpleging in het delen van signalen over bijvoorbeeld eenzame of kwetsbare patiënten. En je hoeft niet voor alles iedereen ‘aan tafel’ te hebben. Laten we het ook pragmatisch blijven aanpakken.
Het IZA biedt daarvoor op dit moment de beste kansen. Niet alleen voor de huisartsenzorg overigens. Voor de hele zorg geldt dat veranderen nodig is om op de toekomst voorbereid te zijn. Alleen samen kunnen we immers de zorg (enigszins) betaalbaar houden, arbeidsmarktvraagstukken het hoofd bieden en kwetsbare groepen passende zorg bieden.
Daarom hebben wij met de andere ondertekenaars van het akkoord de politiek opgeroepen om het zorgakkoord niet controversieel te verklaren, dat wil zeggen dat we ondanks de demissionaire status van de huidige regering, door kunnen met de uitwerking. We moeten door, en bij voorkeur snel.
Een belangrijk doel van het IZA is om doelmatige en passende zorg te stimuleren. Als huisartsen leveren wij al bij uitstek passende zorg, dichtbij onze patiënten. Van Zorginstituut Nederland zouden wij graag willen weten wat hun rol is om de zorgvraag waar mogelijk te beteugelen, zodat dit ook haalbaar blijft.
Aard Verdaasdonk
Voorzitter a.i. Landelijke Huisartsen Vereniging
Meer columns
We zijn met veel andere partijen de visie eerstelijnszorg 2030 aan het uitwerken in een implementatieplan. Daarbij brengen wij in
Het ministerie van VWS zet in de Rijksbegroting 2025 en het zorgbeleid in op versterking van de eerstelijnszorg, onderneemt actie
Het LHV-bestuur sprak in de Landelijke Ledenvergadering met de afgevaardigde ambassadeurs over de stand van zaken rond de IZA-afspraken. De