Een hete zomer
Een zonnig zomervoorwoord, dat moest dit worden. Over hoe een eerste zomervakantie als praktijkhouder toch anders voelt dan toen ik vorig jaar nog waarnemend huisarts was. Hoe mooi het eerste half jaar was als maat van mijn fijne collega en hoe leuk het is om verder te bouwen aan een mooie praktijk waar de voorgangers al jaren hun kennis en vakkunst in hebben gestopt. Ik kan het oprecht elke waarnemend huisarts aanraden.
Maar net voor de deadline verscheen een donderwolkje in de verte. Op 1 juli maakte de NZA bekend dat de verrichtingentarieven voor huisartsen niet gaan meestijgen met de inflatie. Dus in de praktijk een kleine 3% lager worden.
Onduidelijk
Dat zit zo. De Nederlandse Zorgautoriteit (NZA) vindt dat huisartsen te veel zijn gaan verdienen in de afgelopen jaren. In het afgelopen jaar zijn twee onderzoeken afgerond. Eentje van adviesbureau Berenschot dat via een verder ondoorgrondelijk puntensysteem heeft bedacht wat een huisarts mag verdienen (ongeveer zo veel als een tandarts). Een eentje van de NZA zelf die de kostprijs van de huisartsenzorg berekende. En uit dat kostprijsonderzoek zou blijken dat de onderzochte steekproef van huisartsen in de afgelopen jaren na aftrek van de kosten meer zijn gaan verdienen, tot boven het normbedrag van Berenschot.
Goed nieuws zou je zeggen. Ware het niet dat volstrekt onduidelijk is of echt bestaande huisartsen met die verlaagde tarieven dat mooie normbedrag ooit zullen halen. Zo rekent de NZA met een werkweek van 36 uur voor een praktijkhoudende huisarts. Hilarisch als het niet zo triest zou zijn – een huisartsenpraktijk moet alleen al verplicht dagelijks van 8 tot 17 open zijn, dus 45 uur. En dat ik nadat de praktijk om 17 uur sluit meestal nog 1-2 uur per dag werk heb, laten we dan maar even buiten beschouwing.
Maar het ergste is dat huisartsen eigenlijk worden gestraft voor hun inzet voor het oplossen van maatschappelijke en zorgvraagstukken. De afgelopen jaren zijn huisartsenpraktijken gegroeid van circa 3300 tot 4500 ingeschreven patiënten, er zijn meer werknemers die meer zorg leveren, 11% meer dan een paar jaar geleden. Daarbij groeit door schaarse huisvesting en personeel vooral de werkdruk. Maar als er dan meer geld omgaat in de huisartsenzorg moet dat kennelijk nodig worden afgeroomd. Het resultaat is eigenlijk niet uit te leggen. Hoe meer we gaan doen, hoe lager de tarieven. Want een praktijkhouder werkt immers maar 36 uur, zogenaamd.
Actie
Oei. Ik merk bijna een zure toon. En ik heb jullie al lang genoeg lastig gevallen met saaie financiële en beleidsmatige zaken, terwijl het vak zo mooi is. En de zomer in aantocht. Gelukkig staat de LHV, samen met andere huisartsenclubs als VPH en DBH, in de actiestand. De voorbereiding voor juridische stappen loopt, en verwacht binnenkort een petitie. Voor geïnteresseerden werken we als afdeling nog aan een factsheet. En het hoofdbestuur heeft al een filmpje gepost. Eigenlijk is het te zot voor woorden dat we elke keer weer moeten strijden tegen ondoorzichtige cijfertrucs waar we onder de streep weer slechter van worden. Maar als het moet dan doen we het.
Esther van Osselen
Nieuws
In 2024 is een belangrijke mijlpaal bereikt: maar liefst 70% van de huisartsen werkt nu met een Huisarts Informatie Systeem
De Belastingdienst zal in 2025 nog geen boetes uitdelen aan werkgevers die nog werken met schijnzelfstandigen. Wel kunnen sociale premies
De tijdelijke vergoeding voor de UZI-medewerkerspas op naam stopt per 1 april 2025. Vanaf deze datum zijn huisartsen en apothekers