VWS besluit: keuzevrijheid na 1e vaccinatie met AstraZeneca
Mensen die één prik van AstraZeneca hebben gehad, krijgen de keuze of zij voor de tweede prik weer AstraZeneca willen of het vaccin van Pfizer. Mensen die de voorkeur geven aan een tweede prik met Pfizer, kunnen vanaf 16 juli de GGD bellen om een afspraak te plannen. Alle anderen kunnen de geplande afspraak voor vaccinatie door de huisarts gewoon laten staan.
Overal in het land zijn huisartsen nog bezig met tweede prikken zetten met AstraZeneca. Er zijn nog “prikrondes” bezig in regio’s die pas laat aan de beurt waren voor de eerste prikken. En er zijn in alle regio’s nog kleinere groepjes van patiënten die om een (medische) reden pas later hun eerste prik hebben gekregen en daarom nog een tweede prik moeten krijgen.
Voor veel patiënten zal een tweede prik met AstraZeneca nog altijd de snelste weg naar volledige vaccinatie zijn, omdat de mogelijkheid van vaccinatie via de GGD er pas vanaf eind juli is.
Onzekerheid over de opkomst
Het besluit van de overheid betekent voor huisartsen dat het niet zeker is welk deel van de geplande tweede prikken nog door zal gaan en welk deel van de patiënten zal kiezen voor Pfizer via de GGD’en. We zijn namens alle huisartsen in overleg met VWS over de consequenties die dit heeft voor de opkomst en daarmee ook voor de kosten en inkomsten. De uitnodigingen, locaties en medewerkers zijn immers al geregeld. Voor de huisartsen is dit opnieuw een door een beleidswijziging veroorzaakte complicatie in het toch al moeizame vaccinatieproces met AstraZeneca.
Op advies van de Gezondheidsraad
VWS heeft dit besluit genomen naar aanleiding van een advies van de Gezondheidsraad dat op 5 juli is gepubliceerd. De Gezondheidsraad benoemt dat de eerste, recente onderzoeksresultaten erop wijzen dat een tweede vaccinatie met Pfizer-vaccin ná een eerste vaccinatie met AstraZeneca-vaccin, geen nadelig effect heeft op de immuunrespons. Wel lijkt de combinatie Pfizer-na-AstraZeneca wat meer tijdelijke bijwerkingen te geven, vergeleken met twee doses AstraZeneca.
Het NHG geeft aan dat het onderzoek waarop de Gezondheidsraad zijn advies baseert, rapporteert over de immuunrespons na vaccinatie. Het beschermende effect van heteroloog vaccineren tegen het krijgen van COVID-19, long covid, ziekenhuisopname en sterfte is niet vastgesteld, maar wel aannemelijk. De conclusie van de Gezondheidsraad is dat er geen bezwaar is tegen heterologe vaccinatie.
Heteroloog vaccineren is niet mogelijk bij een ernstige allergische reactie na de AstraZeneca-prik of na trombose in combinatie met trombocytopenie ten gevolge van de AstraZeneca-prik.